dinsdag 26 januari 2010

Oud-wethouder Piet van Ierlant, sportstimulator van het eerste uur

Sommige archieven staan jarenlang op verlanglijstjes van gemeentearchivarissen, het correspondentiearchief van oud-wethouder Piet van Ierlant (1897-1973) is er zo een. En..., soms lacht het geluk je toe. Onlangs werd het archief door zijn dochter Marie-Jes Ghering – van Ierlant geschonken.
Waarom is het archief zo bijzonder ? Het is een persoonlijk archief van zijn functioneren en dagelijkse leven met de nadruk op zijn contacten in de Tilburgse gemeenteraad, vele besturen en de Provinciale Staten van Noord-Brabant.

Van Ierlant is vooral bekend geworden door de wielersport. In de jaren dertig was hij een van 's werelds meest vooraanstaande wielermanagers, die contracten regelde voor renners als de populaire Tilburger Jan Pijnenburg (1906-1979) , Cor Wals (1911-1994), Wim van Est (1923-2003). Voor het merendeel gaan de brieven over het wielerleven van Jan Pijnenburg in combinatie met de renners met wie hij zijn wieleragenda deelde. In de dertiger jaren vierde Jan Pijnenburg als baanrenner grote triomfen in binnen- en buitenland. Zo won hij in Amsterdam in 1929 in Amsterdam een zilveren medaille. Zijn specialiteit waren de zogenaamde zesdaagses, waarvan hij er vijftig zou rijden van Berlijn tot Chicago. De bijnaam kanonbal kreeg hij na een optreden in Parijs. De brieven van Van Ierlant, zo’n 2.000 stuks, geven een kijkje achter de schermen van wat zich hier zoal bij de coureurs in de jaren dertig afspeelde. Wielerbanen zullen nu een ieder niet meer tot de verbeelding spreken, maar zijn in de jaren dertig ongekend populair geweest. Pijnenburg zelf begon als vijftienjarige jongen als chocoladeverkoper bij de Tilburgse Wieler- en Motorbaan – de T.W.E.M.- langs de Tilburgseweg naar Goirle. Later kwamen er nog banen aan Ringbaan-Oost en aan de kruising van De Korenbloem en de Vitessebaan.

Van Ierlant zelf was geen actieve wielrenner, hij deed dit uit zijn enthousiaste betrokkenheid bij de wielersport. In het archief bevindt zich een brief d.d. 25-1-1932 waarin ‘de Pijn’ Van Ierlant machtigt om zijn belastingzaken te behartigen, de eerste brief van Jan Pijnenburg aan Piet van Ierlant is gedateerd 11-3-1931. Pijn is dan op de baan in Berlijn gevallen en vraagt van Ierlant de zaak te regelen. Voordeel is dat Van Ierlant vooral met de Franse taal geen problemen kende en voldoende Duits en Engels om zijn werk te kunnen doen. Een groot gedeelte van de brieven is in de Franse taal gesteld . Van Ierlant kwam terecht in een wereldje dat aan elkaar hing en dat van elkaar heel afhankelijk was: baandirecteuren, managers, verzorgers, ploegmaten, journalisten die voor een groot gedeelte aan elkaar verdienden, behalve de wielerliefhebber ‘Pierre’, zoals hij zijn artikelen in diverse kranten ondertekende. Hij was bemiddelaar met hart en ziel. Piet van Ierlant dreef samen met zijn vrouw Thérèse van Ierlant-Joosen een dameshoedenzaak in de Heuvelstraat. Toen De Pijn in mei 1934 trouwde met Mimi Bierens maakte zij de hoofdbedekkingen en de sluier voor de bruidstoet.

Piet van Ierlant had intussen een internationaal netwerk opgebouwd waar veel wielrenners uit binnen- en buitenland een dankbaar gebruik van maakten. Daarnaast droeg hij bij aan de sportjournalistiek in die dagen.

Het archief zal in een later stadium worden aangevuld met de activiteiten van Piet van Ierlant als eerste Chef d’équipe voor de Tour de France.

1 opmerking:

Jojanneke zei

Prachtig en mooi dat Brabants Dagblad er zoveel aandacht aan geeft. Laat de wielersporters maar komen!