zaterdag 30 april 2011

De eerste platina bruiloft

Er zullen niet veel echtparen zijn die, in de 19e eeuw getrouwd, hun platina bruiloft hebben gevierd. Voor zover bekend gaat het in het werkgebied van RAT slechts om één echtpaar: Josephus Heeffer, geboren Hilvarenbeek 26 september 1858, trouwt aldaar 5 juli 1886 Cornelia van Kleijnenbreugel, geboren Hilvarenbeek 29 september 1861:




De echtelieden zijn 71 jaar getrouwd geweest: Cornelia van Kleijnenbreugel overleed op 18 mei 1958 te Hilvarenbeek en Josephus Heeffer overleed aldaar op 12 februari 1959 (oud 100 jaar).

Ook in de 21e eeuw zijn echtparen, die 70 jaar of langer gehuwd zijn geweest, in het werkgebied van RAT, zeldzaam.

Johannes Bakkers, geboren Oudenbosch 7 mei 1910, trouwt te Zevenbergen op 26 augustus 1932 met Martina Fens, geboren Zevenbergen 23 mei 1911. Toen zij op 26 augustus 2002 hun 70-jarig bruiloftsfeest vierden, woonden zij te Gilze en Rijen. Johannes Bakkers overleed te Gilze en Rijen op 4 januari 2003, Martina Fens overleed aldaar op 8 november 2004.

Het langstgehuwde echtpaar zal zijn: Theodorus Dominicus Boone, geboren Graauw 28 mei 1913, trouwt Ossenisse 13 augustus 1935 de 17-jarige in Ossenisse geboren Anna Apolonia Dobbelaar. Dit echtpaar vierde op 13 augustus 2010 zijn 75-jarige bruiloft en was toen woonachtig in Oosterhout.

donderdag 28 april 2011

Originele doopboeken van Oosterhout ontdekt !

Laatst kreeg ik een telefoontje of wij geen doopboeken uit Oosterhout misten.Voor zover bekend niet, immers alle archieven uit Oosterhout, die in 2004 in De Bussel stonden zijn in dat jaar naar Tilburg gekomen. Alle stellingen zijn keer voor keer doorgelopen voordat de ruimte in gebruik kon worden genomen door de schouwburg.

De doopboeken kennen een lange verhuisgeschiedenis. Voordat de Burgerlijke Stand werd ingevoerd in 1811 werden bevolkingsgegevens vastgelegd in de kerkregisters. In 1811 werd ten behoeve van het opzetten van de nieuwe administratie de kerkelijke registers gevorderd door de gemeente. Met de Archiefwet 1918 moesten de registers weer worden ingeleverd bij het Rijksarchief in de provinciehoofdplaats 's-Hertogenbosch. Met de Archiefwet 1995 werd weer een omgekeerde beweging gemaakt, alle oude archieven die plaatselijk waren gevormd zoals schepenbanken en notarissen moesten weer naar de gemeente terug. Het kan verkeren.

Maar nu de ontdekte registers, wat was daar mee aan de hand, die stonden gewoon nog in 's-Hertogenbosch. En hebt u alle gegevens eruit gemist nee, want in het Onderzoekerscentrum staan kopieën. U mist ze natuurlijk wel op de website, want we hebben ze in 2005 niet kunnen scannen. Dat gaat alsnog gebeuren, maar tot die tijd zult u net als de voorgaande jaren met de kopieën genoegen moeten nemen.

En welke registers waren het nu precies, het zijn 3 Rooms-katholieke doopboeken van Oosterhout, 1682-1702, 1703-1727 en 1762-1765.

U begrijpt we zijn weer blij dat ze 'terug' zijn.

Gerichter zoeken binnen Familysearch



Al jaren verzamelen Mormonen allerlei persoonsgegevens. Er liggen heel wat microfilms opgeslagen in Salt Lake City in de Amerikaanse staat Utah.
In het verleden was het alleen mogelijk daar onderzoek te doen. Maar tijden veranderen en veel van de microfilms komen digitaal beschikbaar. Via Familysearch zijn er heel veel bestanden te doorzoeken. Maar natuurlijk is lang niet alles is geïndexeerd en er zitten ook schrijffouten in de indexen. Maar het is zeker de moeite waard en het kan, zoals ik zelf ondervonden heb, voor het buitenland mooie vondsten opleveren.
Ook dichter bij huis kan het een goede aanvulling zijn op al bestaande digitale bronnen. Er zijn in de afgelopen periode heel wat microfilms met Nederlandse registers gedigitaliseerd. Dankzij Dhr. Jaques Verheijden is uit deze kluwen van allerlei registertype, fout gespelde plaatsnamen ect. een overzichtelijke reeks ontstaan. Per plaatsnaam zijn er lijsten gemaakt van registers en periodes die beschikbaar zijn. Al met al een mooie uitbreiding van mogelijkheden voor stamboomonderzoek.

dinsdag 26 april 2011

Hallo student, wat ben je aan het doen?

Vanuit verschillende hoeken komen studenten steeds frequenter naar Regionaal Archief Tilburg. Uit eigen interesse, vanwege een school opdracht, het schrijven van een scriptie of om achtergrond informatie te zoeken van hun studentenvereniging. Hier twee leuke voorbeelden die zich onlangs hebben voorgedaan.

Enkele weken geleden kwamen twee frisse jonge mannen van de Tilburgse Studenten Roeivereniging Vidar het archief binnen. Zij wilden historische informatie over hun vereniging vanwege het tiende lustrum van Vidar. Met enkele data van belangrijke wedstrijden en andere gebeurtenissen op zak zijn zij gaan speuren in oude Tilburgse kranten en hebben zowaar wat interessante gegevens gevonden waar ze nog geen weet van hadden. Met deze ontdekkingen zijn ze terug gegaan naar Hilvarenbeek, de lustrumcommissie zal er blij mee zijn!

Afgelopen zomer heeft een geschiedenisstudente van de Radboud Universiteit veel dagen doorgebracht in het archief, werkende aan haar scriptie over de drooglegging van de kermis van 1919 tot 1936. Het doorspitten van gemeenteverslagen, parochiearchieven en oude kranten (terwijl de meesten van ons al van het heerlijke terras-weer aan het genieten waren) heeft haar zeker geen windeieren gelegd; trots kwam ze afgelopen week met haar mooie afstudeercijfer en een exemplaar van haar scriptie naar het archief.
De ingebonden kopie van haar scriptie zal binnenkort in onze bibliotheekcollectie worden opgenomen, te vinden onder de titel: ‘Om den vrijen tijd nuttig te doen besteden’.

Dus wil je een keer een interessante opdracht voor school maken, iets boeiends onderzoeken voor je vereniging of heb je gewoon een keer geen zin in die stapel afwas die je vanaf het aanrecht staat aan te staren: kom naar het archief!! We hebben een breed scala aan exclusieve informatie te bieden voor iedereen die zich een keer in een historisch onderwerp wil verdiepen.

zaterdag 23 april 2011

Een kortstondig huwelijk

Hermanus Pistorius, geboren Tilburg 8 februari 1829, trouwt op 21-jarige leeftijd op 9 mei 1850 te Tilburg met de 19-jarige Jacoba Walschots, geboren Tilburg 1 oktober 1830:




Nog geen drie maanden later overlijdt de bruid op 19-jarige leeftijd op 28 juli 1850. De 21-jarige echtgenoot doet aangifte van het overlijden:




Op 29 april 1852 trouwt Hermanus Pistorius als 23-jarige weduwnaar met Johanna van den Brekel, geboren Tilburg 28 november 1828:









Hermanus Pistorius overlijdt op 4 maart 1884 te Tilburg, zijn weduwe Johanna van den Brekel overlijdt aldaar op 30 december 1905.



vrijdag 22 april 2011

Tientallen meters archiefmateriaal binnengebracht

Het gebeurt zo af en toe: een gemeente draagt ettelijke meters van het gemeente archief over aan Regionaal Archief Tilburg. Onlangs werd ruim 130 meter 'binnengereden'. In no-time staat de hal van het gebouw aan de Kazernehof vol met het materiaal, dat in het depot doos voor doos in de kasten wordt geplaatst. In dit geval betrof het materiaal uit de gemeente Oisterwijk.



In dit geval ging het om de volgende bescheiden:


863.    Aanvulling op het archief gemeentebestuur Oisterwijk, 1937 - 1970 (1998)
921.    Aanvulling op het archief gemeentebestuur Moergestel, 1948 - 1980 (1992)
1076.     Aanvulling op de Hinderwetvergunningen Moergestel, 1934 – 1996
1081.    Aanvulling op de Hinderwetvergunningen Oisterwijk, 1974 - 1996
1441.    Gemeentebestuur Oisterwijk, (1945) 1971 - 1996 (2006)
1442.    Aanvulling op de bouwvergunningen Oisterwijk, 1971 – 1980
1460.    Gemeentebestuur Moergestel, (1948) 1981 - 1996 (2001)
1465.     Grondtransacties Oisterwijk, 1971 - 1996





woensdag 20 april 2011

Sloopdossiers


Met zekere regelmaat worden er familie reünies georganiseerd. Het kan heel gezellig zijn om samen met je verwanten herinneringen op te halen aan bijvoorbeeld je kindertijd.
Soms kan een thema helpen om de dag nog meer inhoud te geven. Een poos geleden werd een reünie gehouden en elk gezin had de opdracht gekregen om informatie te verzamelen over het ouderlijk huis. Er was een bus gehuurd en de familihttp://www.blogger.com/img/blank.gife toerde een middaglang langs de huizen uit hun jeugd waar ieder gezin een verhaal vertelde.
Helaas was één van de panden afgebroken maar gelukkig bood het Regionaal Archief Tilburg uitkomst door middel van het sloopdossier.
Het archief van de Dienst Bouw- en Woningtoezicht van de Gemeente Tilburg,
1882 - 1984 toegangsnummer 76 : Het archief bestaat in hoofdzaak uit dossiers betreffende de sloop van diverse panden in Tilburg.
Het ene dossier wat uitgebreider dan het andere maar vaak bevat het een schat aan informatie. Originele bouwtekeningen zover ooit gemaakt, correspondentie met eigenaren en aantekeningen van ambtenaren.
Helaas is er niet van elk gesloopt pand een dergelijk dossier maar het loont zeker de moeite om eens door de adressenlijst heen te kijken als u op zoek bent naar informatie over een verdwenen huis
Mocht u een dossier uit archief 76 in willen zien dan moet u er rekening mee houden dat het archief in een extern depot staat. Dit betekent dat u vooraf het dossier aan moet vragen en moet rekenen op 5 dagen tijd tussen aanvraag en inzage.

Fotografische schatkist geopend

Regionaal Archief Tilburg heeft onlangs meegewerkt aan een project van CECN (Cultureel Erfgoed Caribisch gebied & Nederland) en Stadsmuseum Tilburg. Voor dit project, Caribisch erfgoed, is het Caribisch fotoarchief van de Fraters van Tilburg gedigitaliseerd en beschreven. De duizenden foto's die tussen 1886 en circa 1970 in Suriname en op de Nederlandse Antillen zijn gemaakt, laten zien hoe de Fraters van Tilburg naar de lokale bevolking keken en vertellen de verhalen van hun werk en leven.

Dozen en dozen vol foto’s bevinden zich in het archief van de Fraters van Tilburg. De kelder van het generalaat aan de Gasthuisring staat er vol mee. In een groot aantal van die dozen zijn de foto’s opgeslagen die de fraters maakten op de Nederlandse Antillen en in Suriname. Dat ‘Caribische’ deel van de fotocollectie bestaat uit naar schatting zo’n dertigduizend afbeeldingen die tussen 1886 – het jaar waarin de eerste drie fraters naar Curaçao vertrokken – en ergens aan het einde van de twintigste eeuw zijn gemaakt.
De tienduizenden foto’s vormen een schat aan beeldmateriaal. Van Suriname en de Nederlandse Antillen is slechts een beperkte hoeveelheid historisch beeldmateriaal bewaard gebleven. De uitgebreide collectie van de Fraters van Tilburg is een zeer welkome aanvulling en een belangrijke bron voor onderzoek.



De gedigitaliseerde foto´s zijn te zien via BeeldOnline, de fotodatabank van het archief. Het archief heeft hierin een faciliterende rol gespeeld. Op de website van Caribisch Erfgoed is meer informatie te vinden over het project.
In het najaar van 2011 zal er in Peerke Donders Paviljoen in Tilburg-Noord een tentoonstelling aan gewijd worden.
Financiële steun voor het project Caribisch Erfgoed kwam van de gemeente Tilburg en de provincie Noord-Brabant.

Verdwenen stadsbeelden: Koningswei

De Tilburgse architect Hendrik Tulder (1819-1903) ontwierp naast het oude stadhuis en kerken in de negentiende eeuw twee uitbreidingsplannen voor de stad, de wijken Koningswei en Nijveroord. Koningswei, letterlijk de wei van de Koning, was een wijk die gepositioneerd was waar nu het Koningsplein, Paleisring en Stadhuisplein liggen. Tulder, die in het bezit was gekomen van het voormalig park van het paleis van koning Willem II, wilde aanvankelijk een villapark bouwen 'als aandenken aan het groote voorrecht en eeuwigdurende herinnering aan den grooten koning, waarop wij altijd trotsch mogen zijn'. De animo van de Tilburgse textielfabrikanten om in die villa’s te gaan wonen was er niet. Na veel getouwtrek werden er volkswoningen gebouwd. De woningen zijn in de jaren zestig gesloopt. Voor de stichting Straat aanleiding voor een manifestatie in november 2011 rond de Koningswei omdat het precies een halve eeuw geleden is dat de afbraak van 'de waai' van start ging.

De heer Donders schonk een fotoalbum waarin de gemeenschapszin van de bewoners van de Koningswei goed tot uiting komt. Hieronder enkele sfeerbeelden uit het album getoond.


Onderschrift: Ons Eerste Toneelstuk Asschepoester onder leiding van Mej. Mies Lampe. 1948


Onderschrift: Aan een Oranje Feest namen wij met een pracht en praalwagen deel. Paleis gemaakt door mensen uit de Wijk en gedanst en gezongen...


Onderschrift: Aan Boerenovertrek bij bevrijdingsfeesten werd door onze mensen deelgenomen.


Onderschrift: Sinterklaas en Kerstmis Viering in het wijkhuis Koningswei.

Een mooie aanwinst voor Het Regionaal Archief Tilburg. Meer beelden over de Koningswei vindt u natuurlijk ook in onze onvolprezen beeldbank.

zondag 17 april 2011

Struyk: Straatbepalend in Oosterhout

Het is april 1919, nu bijna honderd jaar, wanneer Andries Struyk een steenhouwerij start in de Sint Janstraat. Zijn moeder had hem liever als enige zoon tussen vijf zusters als onderwijzer aan het werk gezien. De activiteiten breiden zich snel uit, heel bouwend Midden- en West-Brabant kan er terecht voor grafmonumenten, hardsteen, marmer en kunststeenwerken, rioolbuizen, putten, kolken en alle betonwerken. De N.V. A. Struyk en Co vestigde zich al spoedig zich aan de Koningsdijk, vlakbij het Wilhelminakanaal.

De echte bloei van het bedrijf begon na de Tweede Wereldoorlog, stormachtig zelfs tot 1970. In dat jaar overlijdt de grondlegger Andries Struyk. Zijn zonen Jacques, Piet en Wim nemen het bedrijf over. In mei 1971 wordt de eerste Gamma vestiging in Breda geopend. Rond 1985 wordt Struyk een holding en de Gamma vestigingen worden afgestoten. De derde generatie gaat haat eigen weg, zo is er kleinzoon Joep die een eigen atelier voor steen- en beeldhouwkunst in Oosterhout leidt.

De heer L. Baaten schonk het Archief verschillende oude foto’s van het bedrijf. Op de foto uit 1966 die u hier ziet zijn zes tegelpersen aan het werk. De chef links staand met zijn handen in de rug is Koos van Tilburg. Andere foto’s tonen andere productieprocessen zoals die van rioolbuizen. Van de nieuwere tijd zijn er geen foto’s beschikbaar, ook niet in de beeldbank van het archief.

Straatbepalend is de firma Struyk voor Oosterhout zeker geweest en is dat nog steeds, maar met deze aanwinst kunnen we ook visualiseren hoe dat in daadwerkelijk is geweest. En de moeder van Andries, die mag met recht trots zijn op de prestaties van haar zoon.

In september 2011 zal er een tentoonstelling over drie generaties Struyk en beeldhouwen worden georganiseerd in Thomas aan de Wilhelminalaan in Oosterhout.

zaterdag 16 april 2011

Puntjes op de e: van Delien naar Deliën

Op 25 maart 2011 vond er een niet-alledaagse gebeurtenis plaats in Regionaal Archief Tilburg: er werd een wijziging aangebracht in een geboorteakte uit 1873! Het betreft de geboorteakte van Cornelis Delien, geboren Goirle 9 november 1873, zoon van Franciscus Delien en Anna Maria Snels. In de marge van de akte werd de volgende kantmelding opgenomen: De hiernaast vermelde achternaam van de vader, aangever en kind is met toestemming van de officier van justitie in het arrondissement Breda van 3 maart 2011 verbeterd in Deliën. Tilburg, 25 maart '11 M. Spijkers :
Er kwam dus een trema op de e te staan. Dit is de enige akte, waarbij de kantmelding geplaatst is. Opmerkelijk is dat de naam van de medeaangever Jan Baptist Delien (geboren Goirle 23 april 1842 als Jan Baptist Delien (zonder trema!) en broer van vader Franciscus) ongewijzigd blijft.
Genoemde Cornelis trouwde als Cornelis Delien op 4 september 1900 te Goirle met Antonia Maria Moonen:


Bij de huwelijksakte wordt geen kantmelding geplaatst! Ook in de geboorteakten van hun in Tilburg geboren kinderen is geen kantmelding vermeld. Dat betekent dat Cornelis' achternaam weliswaar in zijn geboorteakte met terugwerkende kracht in 2011 is gewijzigd, maar dat deze wijziging geen consequenties heeft voor de kinderen, kleinkinderen etc. van Cornelis. Deze blijven de achternaam voeren, zoals in hun geboorteakte vermeld staat, dus Delien.
Er is sinds de invoering van de burgerlijke stand wel het een en ander misgegaan met de schrijfwijze van de achternaam Deliën, zoals blijkt uit het hiernavolgende.



Henricus Deliën, de grootvader van genoemde Cornelis, werd op 7 augustus 1798 te Tilburg gedoopt (DTB 12 Tilburg):

De trema is duidelijk zichtbaar bij de doopinschrijving. Als Henricus op 24 mei 1825 te Tilburg trouwt gaan er twee zaken mis in zijn huwelijksakte: hij wordt Hendrik genoemd in plaats van Henricus én de trema op de e in zijn achternaam is verdwenen:






Uit het huwelijk van Henricus alias Hendrik Delien zijn acht kinderen geboren. In de geboorteakten van zes kinderen wordt de achternaam gespeld als Deliën en in die van de overige twee als Delien!

Als op 14 augustus 1834 zoon Franciscus geboren wordt, keert de trema terug in de achternaam:



Als deze zoon Franciscus op 4 juni 1866 in Goirle trouwt, verdwijnt de trema weer uit de achternaam:





Zoals reeds vermeld wordt zijn zoon Cornelis op 9 november 1873 te Goirle geboren en trouwt aldaar op 4 september 1900 met Antonia Maria Moonen. Een van hun kinderen is: Catharina Maria Antonia Delien, geboren Tilburg 30 september 1906:



De trema ontbreekt op de letter e in de geboorteakte!

Als zij op 6 augustus 1948 te Tilburg overlijdt keert de trema op de e in haar overlijdensakte terug:



Als de naamswijziging ook voor de nazaten van Cornelis Deliën zou moeten gelden, zou dit betekenen, dat behalve de geboorteakte, ook de huwelijks- en overlijdensakten van Cornelis gecorrigeerd zouden moeten worden, evenals de geboorte-, huwelijks- en overlijdensakten van de nazaten van Cornelis Deliën! Zolang dit niet gebeurd is, blijven die nazaten Delien heten.



De vraag is: Welke schrijfwijze is nu de juiste? Deliën zoals in de doopinschrijving staat of Delien, zoals (weliswaar foutief) in de huwelijksakte van 1825 staat.

Paleografie online - oude handschriften leren lezen via een website

De cursus paleografie die Regionaal Archief Tilburg al weer enkele jaren verzorgt is voor 2011 ten einde. De cursisten die de eindstreep hebben gehaald, en dat waren er 9 van de 12, waren na afloop tevreden over de cursus en hadden het gevoel dat ze beter beslagen ten ijs zouden komen als ze oude handschriften onder ogen krijgen.

Maar het kan natuurlijk altijd beter. Gelukkig maar. De inzet van technische hulpmiddelen was bij deze cursus nog niet helemaal uitgewerkt, maar dat gaan we voor de volgende editie zeker doen.

Vandaag kwam ik terecht op een website (in het Engels of het Frans) waar je de edele kunst van het lezen van oude handschriften kunt leren. Handschriften vanaf de 9de tot in de 15de eeuw vind je er terug. Er zijn 3 niveau's van teksten lezen: easy (makkelijk), average (gemiddeld) en difficult (moeilijk). Je kunt ook kiezen voor teksten uit bepaalde eeuwen, of alleen Latijnse of (oud-)Franse teksten.

Als je op één van die opties klikt kom je terecht in een pagina waar je diverse tekstfragmenten ziet (helaas is de tekst op de pagina altijd in het Frans). Kies je er een uit door er op te klikken dan krijg je de tekst voor je, met daaronder precies in vakjes een ruimte waar je de woorden kunt transcriberen.
Ga je in het eerste vakje staan, dan verschijnt het woord dat daar in moet komen te staan vergroot uit de tekst in beeld. Werkt heel erg goed. Heb je het woord goed getranscribeerd dan kleurt het vakje groen, is het fout, jawel, dan kleurt het vakje rood!

Mooie tool om online te oefenen in het transcriberen. Rest de vraag: wat betekent het nou?
Dat is een onderdeel dat de cursisten irl in ieder geval erg op prijs stellen, uitleg over de tekst, de uiteindelijk betekenis of strekking en de verklaring van woorden, de wijze waarop teksten zijn opgebouwd etc.

Dit is een website waar we van kunnen leren als archiefinstellingen die cursussen aanbieden. Niet alleen voor de cursus zelf, maar bv. ook in de introductie of het aanprijzen van een cursus en zeker ook als opfrisplek. Als je als cursist na de cursus er even uit bent geweest kunnen dit soort oefeningen helpen om de draad weer op te pakken.

Ideeën genoeg. Andere voorbeelden zijn ook welkom!

Kijk zelf op http://ciham.ish-lyon.cnrs.fr/paleographie/aide_en.php

woensdag 13 april 2011

Studenten TU Eindhoven vertellen over Spoorzone Tilburg

Jeroen Sprangers en Yvette Wennekes zijn studenten van de TU Eindhoven. Het afgelopen jaar deden zij - met een aantal andere studenten- onderzoek naar de Spoorzone in het kader van een studentenatelier, een andere benaming voor een collectief onderzoek. Jeroen richtte zich op de historische morfologie en maakte daarbij gebruik van oude en nieuwe kaarten te beginnen met de kaart van Zijnen (1760). Alle kaarten maakte hij alle op dezelfde schaal om ze over elkaar heen te kunnen leggen en met elkaar te kunnen vergelijken.

Yvette focuste op gebouwtypologie, en haalde daarvoor de informatie vooral uit de gebouwen in het centrum van de stad. Verschillende soorten bebouwing en tijdsperioden dienden als oorsprong. Vooral de digitaal beschikbare bouwtekeningen zijn dankbaar gebruikt voor onderzoek: Café Voskens, de Kattenrug en zelfs de nieuwe Stadsheer. Vervolgens nam zij (historische) plattegronden als inspiratiebron. Conclusies: de schaal van de bebouwing neemt toe. Industrie transformeert van huisnijverheid naar fabrieken, NS werkplaats, bouw bepaald door drijfassen, vervanging elektromotoren waardoor shedhallen ontstaan. Industrie verdwijnt uit de binnenstad. Schaalvergroting in de kerk tot aan de jaren zestig. Soms komen er kleine religieuze gebouwen voor in de plaats. Cultuur echter, neemt een grotere positie in: Kunstcluster, schouwburg, krijgt zelfs overhand in de binnenstad. Door kaarten en de gebouwen te typeren , legden de studenten een basis voor een Tilburgse atlas.
De onderzoeksvraag van Jeroen Sprangers: 'hoe kun je de cultuurhistorie van de Spoorzone gebruiken om het gebied toegankelijk te maken voor een nieuw publiek? Sprangers richtte zich op de NS-werkplaats. Gemeente Tilburg heeft plannen gemaakt maar volgens Jeroen is het niet lekker ingebed in de cultuurhistorische structuur. 'Veel massa, goede mogelijkheden, maar weinig te maken met hoe het gebied vroeger is opgebouwd.' Sprangers verzamelde oude afbeeldingen , onder andere uit Beeldonline en bouwtekeningen van de oude locomotiefhal. Kenmerkend vond hij de lange lijnen en de ingangen aan de kop. Jeroen heeft het gebied in drie D nagetekend: alleen de schil en de gevelopeningen. Daardoor krijgt hij meer gevoel voor maat en schaal om het gebied in de vingers te krijgen. Waaraan moeten nieuwe gebouwen voldoen vanuit dat cultuurhistorisch perspectief?
Yvettes onderzoeksvraag: 'Hoe kunnen studenten maar vooral afgestudeerden verbonden worden aan de Spoorzone bij het vrijkomen van de NS-werkplaats. Artikel Marieke Moorman: afgestudeerden trekken weg, in Tilburg is geen plaats. Wennekes wil 'broedplaatsen' creëren, ondersteunende voorzieningen voor starters, een woonprogramma voor afgestudeerden en horecavoorzieningen. Conclusie Wennekes: repetitie is belangrijk, ritme verschillen in raamindeling, symmetrie, typische raamkozijnen, constructie. Historische elementen gebruiken voor nieuwe invulling.

Het Studentenatelier maakte dus dankbaar gebruik van diverse bronnen uit Regionaal Archief Tilburg. Mooi, dat deze jonge mensen zo voortborduren op het cultuurhistorisch materiaal en daarbij komen tot nieuwe inzichten en vormgeving. Een prima voorbeeld van cultureel erfgoed!

zondag 10 april 2011

een vergeetachtige bruidegom

Johannes Dannenberg was tweemaal gehuwd. Zijn eerste huwelijk vond plaats te Loon op Zand op 27 mei 1847:
Uit deze huwelijksakte blijkt dat hij op 6 januari 1822 te Haren is geboren als kind van de ongehuwde moeder Antonia Dannenberg. Hij kan echter geen geboorteakte overleggen. Deze wordt vervangen door een akte van bekendheid verleden voor de kantonrechter te Waalwijk op 26 april 1847. Bij de huwelijksbijlagen bevindt zich ook een brief van de burgemeester van Haaren met de volgende inhoud: De burgemeester der gemeente Haaren, ambtenaar van den burgerlijken stand, verklaart dat in de registers van geboortens of doopregisters dezer gemeente geene aanteekeningen gevonden wordt wegens de geboorte van Johannes Dannenberg oud volgens opgave vier en twintig jaren, zoon van nu wijle Antonia Dannenberg, overleden Loon op Zand. De geboorteplaats dient dus te zijn Haaren en niet Haren.


Johannes' echtgenote Geertruida Pijnenburg overleed op 9 oktober 1879 te Loon op Zand:
Enige tijd later trouwt Johannes Dannenberg voor de tweede keer en wel op 18 mei 1881 te Udenhout:

Merkwaardig genoeg kan hij dan de ambtenaar van de burgerlijke stand niet meedelen, waar en wanneer hij geboren is: Johannes Dannenberg heeft onder eede verklaard, dat hij zich geene geboorteakte of akte van bekendheid kan verschaffen. Blijkbaar was hij vergeten, dat bij zijn eerste huwelijk een akte van bekendheid is opgemaakt, ter vervanging van de geboorteakte.

Als Johannes Dannenberg op 16 februari 1901 te Loon op Zand overlijdt, wordt wél zijn goede geboorteplaats Haaren opgegeven:

vrijdag 8 april 2011

Aandacht voor Sint Job vanuit Berkel Enschot

Vanuit Berkel Enschot kwam het verzoek om archiefstukken te verfilmen uit het parochiearchief van Sint Caecilia. Elk jaar wordt op de eerste zondag na 10 mei een bedevaart gelopen naar Berkel Enschot, waar de bedevaartgangers een gebedje doen bij Sint Job in de Caeciliakerk. Sint Job is de heilige tegen de zweren en andere huidaandoeningen.

Dit jaar wordt de Sint Job viering opgeluisterd met een DVD waaraan de Heemkundekring De Kleine Meijerij, Stichting Sint Job, en Videoclub Berkel Enschot meewerken. In de collectie van Regionaal Archief Tilburg zit het archief van de parochie St. Caecilia, met daarin een aantal stukken die te maken hebben met Sint Job. De cameraploeg kwam deze filmen. Krantenartikelen, een uitgavenboekje van de kerk (met melding van aankoop van het beeld van Sint Job voor 40 gulden), brieven, beschrijvingen van de bedevaart (met melding van scharren, veel scharren, hét etenswaar dat bij de bedevaart hoort), alles werd op film gezet.
De DVD zal beschikbaar zijn op 15 mei 2011, als de eerst volgende Sint Job bedevaart gelopen gaat worden. Het is elk jaar een feest op het dorpsplein. Wie loopt er dit jaar mee?

donderdag 7 april 2011

Kaart van Zijnen is weer terug in Archief


Donderdagmiddag, 6 april 2011, is de Kaart van Zijnen na een lange reis voor digitalisering en conservering eindelijk weer terug in het archief om er nu echt niet meer uit weg te gaan!


In januari vertrok de kaart naar Heiloo voor digitalisering bij Pictura, en in maart naar Restauratieatelier De Tiendschuur voor conservering en kleine restauratiewerkzaamheden.
De kaart is binnenkort digitaal te bekijken via de website van Regionaal Archief Tilburg en er zal rondom de kaart iets speciaals georganiseerd worden. Hou daarvoor het weblog in de gaten!

Een verhuisbedrijf verzorgde deze keer het transport van De Tiendschuur naar het archief. Drie sterke mannen droegen de kist met kaart naar de hal van het archief. Daar ging de kaart uit de kist om zo naar het depot gedragen te worden. De kist werd uit elkaar gehaald en in twee delen naar het depot gedragen. De kist is te groot om in één keer naar het depot te dragen!
Beneden in het depot werd de kist weer in elkaar gezet, de kist op de definitieve opbergplaats getild, kaart in de kist, kaartrollen gefixeerd, en daar ligt hij dan weer.
De klep houden we nog even open om de kaart te laten acclimatiseren. Morgen worden de deksels er weer op geschroefd. Nog één keer zal de kaart uit de kist gehaald worden, in juni 2011, om er daarna nooit (?) meer uit te komen.

dinsdag 5 april 2011

Archiefonderzoek met een hoog 'wow!' gehalte

Sinds een jaar doen Stan Bol en Cees Kops onderzoek naar de geschiedenis van Oosterhout tijdens de Tweede Wereldoorlog. Ze hadden al een aantal nieuwe feiten gevonden maar op een dag deden ze de vondst van hun leven. Om met Luud de Brouwer te spreken: ´een vondst met een hoog ‘wow!’ gehalte´. Hieronder doen zij verslag:
´Op een document stonden namen van Joodse mensen met de adressen waar men, zoals later zou blijken, tot een week na de bevrijding verbleef. Achter de namen van deze Joodse mensen stond een dikke J van Jood gestempeld. We vermoedden dat de adressen die bij de namen vermeld stonden wel eens de onderduikadressen van de Joodse mensen geweest konden zijn. Voor de documentatie fotografeerden we de huizen die op de lijst voorkwamen. Bij een van de huizen stonden de bewoners buiten. ‘Weet u dat hier onderduikers hebben gezeten?’ vroegen we. ‘Ja, twintig jaar geleden is hier een man geweest die tijdens de Tweede Wereldoorlog hier zat ondergedoken. Bij het weerzien van het huis kon hij zijn emoties nauwelijks in bedwang houden ‘, vertelde de bewoner. Wij vroegen naar meer informatie over die man en de bewoner herinnerde zich dat hij professor in Leiden en Amerika was geweest. Hij behoorde tot een gezin van vier personen die zich in hun huis verborgen hadden gehouden. De naam van de onderduiker wisten we al van de lijst uit het archief en na een kwartiertje ‘Googelen’ ontdekten we dat de man, die ondertussen 93 jaar oud was, professor aan een universiteit in Washington was geweest. We stuurden een e-mail naar die universiteit en vroegen of de informatie, over zijn onderduikperiode in Oosterhout die we bijgevoegd hadden, naar hem doorgestuurd kon worden. Een week later kregen we een e-mail van de Joodse professor met een adres in Nederland waar de dochter van de man, waar hij ondergedoken had gezeten, woonde. We mochten bij deze mevrouw, die inmiddels 85 was, op bezoek komen en kregen een schat aan informatie over de onderduikers. Via oproepen in de krant meldden zich nog drie adressen die aangaven Joodse mensen in huis te hebben verborgen. De opgegeven adressen konden we verifiëren met de lijst uit het archief. Ook dit leverde weer een groot aantal nieuwe feiten op.

Na een jaar onderzoek hadden we een schat aan gegevens over de Tweede Wereldoorlog in Oosterhout verzameld, waarvan het meeste nooit eerder was gepubliceerd. Het streven was een eigen boek uit te brengen. Nu had ik geen vaardige pen en gelukkig startte het Regionaal Archief Tilburg begin 2011 een cursus ‘Verhalen schrijven’. Tijdens deze cursus leerde ik kritisch naar de eigen tekst te kijken en door veel oefenen en aanwijzingen van Petra Robben en docent Nico de Beer een boeiend verhaal te schrijven. Door deze cursus ‘Verhalen schrijven’ en extra hulp van de docent is het uitgeven van een boek een stuk dichterbij gekomen.
Waar archiefonderzoek toe kan leiden.`

Door: Stan Stan Bol en Cees Kops

zondag 3 april 2011

De poll van maart 2011 - de resultaten

In maart vroegen we aan onze websitebezoekers wat ze vonden van de aangepaste openingstijden (zie eerdere blogposts hier en hier) en de keuze om meer aandacht te gaan schenken aan de digitale bezoeker. De resultaten wisselden voortdurend maar uiteindelijk is dit de uitslag.

Hoewel de uitslag zeker niet tegenvalt is het aan ons als medewerkers van Regionaal Archief Tilburg om het percentage voor "goed initiatief" omhoog te krijgen. Over een jaar gaan we dezelfde vraag nog een keer stellen.

geen puntjes op de y: Schijns wordt Schyns

Arnold Francois Joseph Schyns werd op 26 december 1854 te Verviers geboren. Hij trouwde op 20 mei 1890 in Tilburg met Louisa Gerardina Broekhans. In de huwelijksakte is de naam gespeld als Schijns. Deze fout is pas in 1978 gecorrigeerd, zoals blijkt uit de kantmelding bij de akte: De geslachtsnaam van de bruidegom Schijns op bevel van de officier van Justitie van 22 maart verbeterd in Schyns, Tilburg, 4 april 1978:

Meestal heeft zo'n naamswijziging ook consequenties voor latere akten van de burgerlijke stand en dat is ook hier het geval: Op 24 februari 1899 werd uit genoemd echtpaar te Tilburg zoon Antoine Auguste Joseph Marie geboren en ook in zijn geboorteakte is de achternaam Schijns in 1978 gewijzigd in Schyns:



Deze zoon trouwt op 14 januari 1929 te Tilburg met Johanna Wilhelmina Maria Groot:




Ook in deze akte wordt de achternaam door hetzelfde vonnis gewijzigd in Schyns. Ook in de overlijdensakte van Antoine Auguste Joseph Marie Schijns die reeds op 16 december 1931 te Tilburg overlijdt, is de achternaam gewijzigd door het vonnis van 1978.


Uit het huwelijk Schyns/Groot is slechts één kind geboren: Arnold Antoine Albert Marie, geboren Tilburg 9 juli 1931 (zie Bevolkingsregister Tilburg 1921-1939 deel 13 kaart 239/2). Ongetwijfeld zal ook in zijn geboorteakte de achternaam, oorspronkelijk gespeld als Schijns, gewijzigd zijn in Schyns. Waarschijnlijk is hij degene, die het verzoek tot naamswijziging in 1978 heeft ingediend.


Tenslotte vindt er nog een vijfde correctie plaats, in de overlijdensakte van Arnold Francois Joseph Schyns, overleden Tilburg 29 december 1943:



Uit het huwelijk Schyns/Broekhans zijn te Tilburg vijf dochters geboren: de verkeerde achternaam Schijns is in hun geboorteakten niet gewijzigd. Ook in de overlijdensakte van Louisa Gerardina Broekhans, overleden Tilburg 6 juli 1911, is de naam van haar echtgenoot foutief gespeld als Arnold Francois Joseph Schijns.