Posts tonen met het label Raamsdonk. Alle posts tonen
Posts tonen met het label Raamsdonk. Alle posts tonen

dinsdag 25 februari 2014

Prachtige aanvulling aan de collectie over Geertruidenberg


Vrijdag 21 februari 2014 vierden we feest. Een bijzondere archiefcollectie werd officieel overgedragen aan Regionaal Archief Tilburg. Bas Zijlmans, dé deskundige op het gebied van de historie van Geertruidenberg, verzamelde tientallen jaren materiaal over Geertruidenberg en Raamsdonk: kaarten, foto's, studies, brieven, documenten, allemaal netjes gerubriceerd in categorieën als Kerkgeschiedenis, Economie, Spelen en feesten, Onderwijs, Gebouwen, Kunst en Cultuur, Letterkunde, Volksgebruiken en nog veel meer. In totaal beslaat de collectie ruim 20 meter. Zoiets krijgen we niet elke dag door een particuliere schenking!

Een vrolijk gezelschap van familie van Bas, vrienden, collega's van de Oudheidkundigenkring, een journalist en een wethouder verzamelde zich in het archief om het mee te vieren. Yvonne Welings deed het woord en overhandigde twee flessen wijn: één om nu al op te drinken, en één 'oplegwijn' om pas over een paar jaar op te drinken. We reizen er graag voor naar Geertruidenberg om erbij te zijn als deze fles open gaat!

Foto Paul de Schipper/BN De Stem
Bas Zijlmans nam zelf uiteraard ook het woord. Hij vertelde dat diverse mensen hem hadden gevraagd hoe het voelde om zo'n grote collectie af te staan. Als een 'amputatie'? Nee, zo voelt hij dat zeker niet. Meer als een kind dat groot wordt en uitvliegt. En als het goed terecht komt, dan voelt dat als een opluchting, als een geruststelling. Wij van het archief zullen er alles aan doen om de nieuwe plek van dit 'uitgevlogen kind' goed in te vullen. We zullen er zuinig op zijn, het goed beheren en op de juiste manier laten zien aan geïnteresseerden.

Wethouder Van der Belt van Geertruidenberg dankte Bas Zijlmans voor zijn ijver, kennis, en zijn bereidheid zijn archiefschat in bewaring te geven aan Regionaal Archief Tilburg.

Daarna volgde een rondleiding in het depot. Daar lagen aan aantal stukken uit het overgedragen archief, om een idee te geven van de inhoud van Zijlmans collectie. Ook lagen er een aantal bijzondere stukken uit Geertruidenberg en Raamsdonk die we al langer in de collectie hebben, zoals charters en het boek van het vissersgilde. De bijeenkomst werd afgesloten met een borrel, waarbij we met zijn allen een toost uitbrachten op Bas Zijlmans en op de wens dat zijn collectie veel geraadpleegd zal worden!



De inventaris staat online. Mogelijk gaan hier in de loop der tijd nog wat aanvullingen op volgen, maar voor nu is te zien wat er allemaal in de collectie zit. Schrik niet, de inventaris is 180 pagina's lang. Dat geeft al aan hoe groot deze overgedragen collectie is.














Door een hele goede rubricering is er gemakkelijk in te zoeken.
Ga voor de inventaris naar de website, zoek op 'exacte zin' Collectie Bas Zijlmans en klik op het Word-ikoontje. Zo kan vanuit huis vooronderzoek gedaan worden, voordat je het archief hier in de studiezaal gaat raadplegen.

BN De Stem over de overdracht

vrijdag 17 januari 2014

Over zegelstaarten, inktvraat en vidimi in het kwadraat: charters uit Geertruidenberg en Raamsdonk

Op donderdagavond 16 januari was Regionaal Archief Tilburg uitgenodigd om een avond te vullen bij de Oudheidkundige Kring Geertruydenberghe. Astrid de Beer vertelde over de Charterbank Geertruidenberg en Raamsdonk.
De lezing liep van 20.00 tot 22.00 uur (met eigenlijk toch wel een enorme uitloop). Er was uitgebreid de gelegenheid om eens wat dieper in te gaan op een aantal aspecten van charters, waar bij eerdere kortere lezingen nooit tijd voor was.

Met veel beelden liet Astrid zien hoe charters aangetast kunnen worden door inkvraat, vocht, constant opgevouwen zitten, knaagwerk van muizen of zilvervisjes, schimmel en ook door ruw knipwerk van de mens en gebruik als boekband.
Met voorbeelden was te zien hoe in de loop der tijd de visie op restauratie is veranderd (zichtbaar of bijna onzichtbaar aangestukt (gerestaureerd met nieuwe stukjes perkament)). Leuk was het puzzelwerk over het vidimus ('Wij hebben gezien') en het vidimus op het vidimus (snapt u het nog? 'Wij hebben gezien dat het gezien is').


Heel interessant was het om eens tijd te nemen voor de zegels en hoe die aan het perkament bevestigd zijn. Samen met het publiek in de zaal plozen we uit hoe ze vast gemaakt zijn en in welke volgorde: eerst de achterkant van het zegel, dan een strook perkament, dan de voorkant? Of andersom? De luisteraars, voornamelijk leden van de Oudheidkundige Kring, gaven hun visie, stelden volop vragen en zo werd het een leerzame, vrolijke avond met veel interactie, die veel later werd afgesloten dan in het programma stond.


Regionaal Archief Tilburg deelt graag op deze manier haar kennis en ervaring over het archiefwerk en over projecten die we uitvoeren. We gaan graag nog eens terug naar Geertruidenberg en komen graag op met een informatieve avond op bezoek bij de andere gemeentes uit ons werkgebied.

Meet weten over de Charterbank Geertruidenberg? Bekijk de website en zoek dan op Geertruidenberg of Raamsdonk.

donderdag 9 januari 2014

Charters uit Geertruidenberg en Raamsdonk in de picture



Op donderdagavond 16 januari 2014 geeft Astrid de Beer van Regionaal Archief Tilburg een lezing over Middeleeuwse documenten uit Geertruidenberg en Raamsdonk. Het archief heeft veel van deze bijzondere documenten in de collectie en besteedde hier veel aandacht aan in het project De Charterbank.

In 2009 is Regionaal Archief Tilburg begonnen om deze documenten uit de (late) Middeleeuwen van de gemeente Geertruidenberg te digitaliseren en in een online beeldbank te plaatsen. Deze documenten heten charters, vandaar de naam Charterbank. Vrijwilligers sloten zich aan bij het project en zetten de vaak moeilijk leesbare tekst om in leesbare tekst. Hierdoor werden deze onbekende en ontoegankelijke, eeuwenoude documenten zichtbaar én bruikbaar voor een grotere groep onderzoekers. Astrid vertelt in de lezing over dit project. Ook gaat zij in op de zeer diverse en interessante inhoud en verschijningsvorm van de Geertruidenbergse en Raamsdonkse charters. Verschillende aspecten komen hierbij aan de orde: schrijfstijlen, afkortingen en dateringen.

Astrid de Beer (1972) studeerde Geschiedenis en Taal- en Cultuurstudies aan de Universiteit van Utrecht. Momenteel is zij werkzaam als projectleider Charterbank bij Regionaal Archief Tilburg.

De lezing wordt georganiseerd in samenwerking met de Oudheidkundige Kring Geertruydenberghe en is vrij toegankelijk voor leden van de Oudheidkundige Kring en voor andere geïnteresseerden.
De lezing is op donderdagavond 16 januari van 20.00 tot 22.00 uur in Theater De Schattelijn in het centrum van Geertruidenberg (Vismarktstraat 4 A, 4931 AZ Geertruidenberg).

maandag 6 januari 2014

Overlijdensregisters 1806-1810

Het Regionaal Archief Tilburg heeft er best veel, 14 om precies te zijn en wel van de plaatsen Alphen, Riel, Baarle-Nassau en Ulicoten, Chaam, Geertruidenberg, Hilvarenbeek, Hooge en Lage Zwaluwe, Loon op Zand, Made en Drimmelen, Oosterhout, Raamsdonk, Hendrik Luijten Ambacht, Terheijden en Udenhout. Bij het invoeren van de Burgerlijke Stand in 1811 moesten kerken de doop-, trouw- en begraafregisters inleveren bij de gemeentelijke overheid. Die had de registers nodig om de nieuwe bevolkingsadministratie in te kunnen richten. De overlijdensregisters 1806-1810 zijn opgenomen bij deze DTB-registers van voor 1811, maar feitelijk zijn het geen kerkelijke registers. Bij het overzicht op de website van het Regionaal Archief Tilburg staan ze omschreven als gequalificeerd. Dat roept nogal wat vragen op, wat is bijvoorbeeld gequalificeerd en waarom beginnen de registers in 1806 ?

Successiebelasting 1806
De registers zijn aangelegd omdat er een nieuwe wet werd ingevoerd voor belasting op nalatenschappen, de zogenaamde successiebelasting. Vanaf 1 januari 1806 kwam er een uniforme wet voor de gehele Republiek. De 'Gequalificeerde tot de directie der invordering van de Belasting op het Regt van Successie', meestal de secretaris van het plaatselijk bestuur, moest vaststellen of de belasting moest worden geheven. Gequalificeerd, moderner gespeld als gekwalificeerd, wil zeggen dat iemand bevoegd is om bepaalde taken te verrichten. Er waren nogal wat uitzonderingen om niet te hoeven betalen:
• vererving in rechte neergaande lijn (kinderen van ouders, kleinkinderen van grootouders, enz.) en vererving door ouders van hun kinderen werden vrijgesteld van belasting;
• overige vererving in de tweede graad (broers van zusters, grootouders van kleinkinderen) werd belast met vijf procent;
• overige vererving in de derde graad (neven/nichten van ooms/tantes en omgekeerd) werd belast met zeven en een half procent;
• wanneer het saldo van de nalatenschap minder dan driehonderd gulden bedroeg, werd de belasting kwijtgescholden.

Lijsten van overledenen
Van elk overlijden vanaf 1806 moest voortaan aangifte worden gedaan bij het plaatselijk bestuur. Het plaatselijk bestuur maakte wekelijks een lijst van aangegeven lijken in tweevoud op: één voor de officier van justitie voor het betreffende ressort en één voor de gekwalificeerde. De lijsten werden door de 'gekwalificeerden' samengesteld op grond van de lijsten van de doodgravers. De gekwalificeerde moest elk half jaar verantwoording afleggen van zijn werkzaamheden. Deze documenten zijn niet te vinden bij het Regionaal Archief Tilburg, maar bij het Brabants Historisch Informatiecentrum en wel in het archief ordonnantie successiebelasting 1806-1817.

Wij hopen met deze bijdrage het verschijnsel overlijdensregister 1806-1810 nader te hebben toegelicht. En wat ook aardig is om te vermelden dat de registers gescand online staan. Link

Overzicht aanwezige overlijdensregisters
Gekwalificeerde Alphen 1806-1810 (inventarisnummers 26-29)
Gekwalificeerde Riel 1806-1810 (inventarisnummers 36, 37)
Gekwalificeerde Baarle-Nassau en Ulicoten 1806-1810 (inventarisnummer 18)
Gekwalificeerde Chaam 1806-1810 (inventarisnummer 12)
Gekwalificeerde Geertruidenberg 1806-1810 (inventarisnummer 12)
Gekwalificeerde Hilvarenbeek, Diessen, Riel, Westelbeers 1806-1810 (inventarisnummer 24)
Gekwalificeerde Hooge en Lage Zwaluwe 1806-1810 (inventarisnummer 25)
Gekwalificeerde Loon op Zand 1806-1810. (inventarisnummer 40)
Gekwalificeerde Made en Drimmelen 1806-1810 (inventarisnummer 19)
Gekwalificeerde Oosterhout1806-1810 (inventarisnummers 58-59)
Gekwalificeerde Raamsdonk 1806-1810 (inventarisnummer 12)
Gekwalificeerde Hendrik Luyten Ambacht 1806, 1808-1810 (inventarisnummers 18-19)
Gekwalificeerde Terheijden 1806-1810 (inventarisnummer 36)
Gekwalificeerde Udenhout 1806-1810 (inventarisnummer 9)

maandag 19 augustus 2013

Raamsdonk in de negentiende eeuw

Tot aan 1815 behoorde Raamsdonk, net als de nabijgelegen dorpen Baardwijk, Besoijen, ’s Gravenmoer, Sprang-Capelle en Waspik tot het baljuwschap Zuid-Holland van het gewest Holland. Van oudsher een zuiver agrarische gemeenschap. In 1796 werd Raamsdonk van het gewest Holland losgemaakt en na diverse herindelingen bij verschillende departementen in de Bataafse en Franse tijd in 1814 definitief bij de provincie Noord-Brabant gevoegd. Met de gemeentelijke herindeling in 1997 werd het dorp gevoegd bij de stad Geertruidenberg. Raamsdonk heeft drie kernen, Raamsdonk, Raamsdonksveer en het Keizersveer. Raamsdonksveer ontstaat in de tweede helft van de 16e eeuw, gelegen tegenover de vesting Geertruidenberg op de zuidelijke oever van de Donge. Tegenwoordig is Raamsdonksveer het grootste kerkdorp van de oude gemeente Raamsdonk. Het dankt zijn naam aan de veerdienst tussen Geertruidenberg en de Oostelijke Langstraat.

Raamsdonk heeft ook omvangrijke archieven nagelaten, waaronder het gemeentebestuur Raamsdonk 1815-1929, meer dan 60 meter. Theo van Herwijnen heeft afgelopen jaren het archief toegankelijk gemaakt en hierdoor kan het verleden van Raamsdonk beter bestudeerd worden. Vanaf 1851 ! waren daar voortdurend pogingen toe ondernomen, maar nu is het dan eindelijk gelukt !



Het zoeken en vinden van informatie in archieven is niet eenvoudig. Maar alleen al door de inventaris te bestuderen komen we al veel te weten over Raamsdonk. In 1908 werden de straten bepaald in de wijken A t/m I. De bijlage in de inventaris bevat een precieze opgave van alle straten. De archieven werden destijds ingedeeld in rubrieken, je kunt per onderwerp variërend van armenzorg, krankzinnigenzorg, onderwijs en drankwet de archieven raadplegen. Uiteraard zijn er ook 'algemene' series zoals verslagen en notulen om door te nemen. Ook het wapendiploma van Raamsdonk met de twee kenmerkende handen uit 1817 is nu weer traceerbaar.

Met dit sluitstuk is weer een belangrijke stap gezet in het toegankelijk maken van de archieven van de voormalige stad Geertruidenberg en dorp Raamsdonk.

zaterdag 25 mei 2013

De ene notaris is de andere niet

De logische manier van nummering van notariële akten is dat de akten per jaar worden genummerd en dat er dus aan het begin van ieder jaar met aktenummer 1 wordt begonnen.
Daar hebben sommige notarissen anders over gedacht. Enkele notarissen hebben de door hen verleden akten doorlopend genummerd. Dat is bijvoorbeeld het geval bij notaris F.J. Hartong van Ark te Raamsdonk (notaris van 1918-1935), notaris P.A.M. LeMaire te Gilze (notaris van 1906-1915) en notaris A.E.A. Goltstein van Herkenburg te Oosterhout (notaris van 1858-1893). Je vraagt je af wat voor andere mogelijkheden er zijn voor aktenummering. Dat blijken er twee te zijn. Sommige notarissen beginnen om de paar jaar met aktenummer 1.
Notaris J.I.H. Hoeben te Terheijden (notaris van 1850-1857) begint in de jaren 1850, 1851 en 1852 ieder jaar met aktenummer 1, de akten uit 1853 en 1854 sluiten qua nummering echter aan op die van 1852 en van 1855-1857 begint hij ieder jaar weer met akte 1. Notaris C. Bolsius te Oisterwijk (notaris van 1808-1833) houdt er een vergelijkbaar systeem van aktenummering op na.  Hij begint in 1811 met aktenummer 1, nummert de akten doorlopend tot en met 1814, begint in de jaren 1815-1819 telkens met aktenummer 1 en de nummering van de akten uit 1820 sluit aan op die van 1819. In 1821 begint hij weer met aktenummer 1 en nummert de akten doorlopend tot en met 1824. In 1825 begint hij wederom met aktenummer 1 en de akten uit 1826-1833 worden vervolgens doorlopend genummerd.

De kroon qua onlogische aktenummering spant notaris Adriaan Jacob van Alphen te Dongen (notaris van 1814-1835).
Hij begint zoals verwacht met aktenummer 1 in 1814. Er wordt een doorlopende nummering door hem gebruikt tot ergens in 1818. De akte van 3 februari 1818 is genummerd 164, de daaropvolgende akte van 25 februari 1818 is genummerd 1! Wat zou daar de reden van kunnen zijn?
Je denkt dan dat de notaris pas in februari 1818 in de gaten kreeg dat er een nieuw jaar was begonnen en dus ijlings met aktenummer 1 is begonnen.
Vreemd is dan wel dat in latere jaren de invoer van aktenummer 1 telkens op andere tijdstippen plaatsheeft , in 1823 op 16 april, in 1825 op 6 oktober, in 1827 op 15 september, in 1830 op 9 januari , in 1832 op 14 september en in 1834 op 20 maart.
Of daar een mij niet bekende logica achter steekt, vermeldt de historie helaas niet.

  

zaterdag 4 mei 2013

Is uw opa geboren vóór 1800?

Het lijkt onwaarschijnlijk, maar naar verluid, moeten er nu in Nederland een aantal personen wonen, die een grootvader hebben, die vóór 1800 is geboren. Deze personen zijn na 1902 geboren, want de oudste Nederlander op dit moment is mevrouw Egbertje Leutscher- de Vries, geboren Uffelte 22 oktober 1902, wonende Havelte. Zij is dus op dit moment 110 jaar. Om een opa te hebben die vóór 1800 is geboren, dient het verschil in geboortejaar tussen opa en kleinkind dus minstens 103 jaar te zijn. De vraag is of dat voorkomt. En het antwoord is ja. Ik heb twee gevallen in het werkgebied van Regionaal Archief Tilburg aangetroffen, waarbij dat verschil in geboortejaar maar liefst 116 jaar is. Helaas gaat het in beide gevallen om personen, die reeds overleden zijn. De eerste persoon is Cornelis Frederik Jacob Breda van Kelckhoven, hij werd op 20 april 1901 te Oisterwijk geboren (zie bevolkingsregister Oisterwijk inv..nr. 18.2 1900-1920, blad 340 scan 149):


Hij overleed op 28 oktober 1918 te Voorschoten:


Toen hij geboren werd, was zijn vader 76 jaar. Vader Ignatius Cornelis Michael Breda van Kelckhoven trouwde op 14 juli 1898 te Oisterwijk, oud 73 jaar, met Elisabeth Maria Antonia Locker de Bruijne:



De bruidegom heeft in deze huwelijksakte nog de achternaam Breda. Pas bij Koninklijk Besluit van 18 maart 1901 is de achternaam gewijzigd in Breda van Kelckhoven.Een afschrift van dit besluit is ingeschreven in het geboorteregister van Oisterwijk van 1901, akte 38a. 

Vader Ignatius Cornelis Michael Breda van Kelckhoven is op 8 november 1824 te Oisterwijk geboren. Zijn ouders Frederik Jan Breda en Elisabeth Henrietta van Kelckhoven trouwden op 24 september 1820 te Moergestel:


Uit deze huwelijksakte blijkt dat de bruidegom op 9 januari 1785 te Zevenbergen is gedoopt, m.a.w. er is een verschil van ruim 116 jaar in geboortejaar tussen opa en kleinzoon.

Een tweede voorbeeld van ook een verschil van 116 jaar in geboortejaren tussen opa en deze keer een kleindochter betreft Johanna Adriana de Wit, geboren Raamsdonk 6 augustus 1902, haar vader Hendrikus Johannes de Wit was toen 58 jaar:


Haar ouders Hendrikus Johannes de Wit en Hendrika van Riel trouwden op 8 mei 1900 te Waspik en vader Hendrikus Johannes de Wit, geboren Waspik 9 oktober 1843, overleed te Raamsdonk oud 79 jaar (lees 78 jaar) op 11 april 1923:



Zijn ouders Theodorus de Wit en Anna Schoenmakers trouwden op 23 november 1822 te Raamsdonk:



Uit deze huwelijksakte blijkt dat Theodorus de Wit op 13 april 1786 te Raamsdonk is geboren en te Waspik is gedoopt. Ook nu is er dus een verschil van 116 jaar tussen geboortedatum van grootvader en diens kleinkind. Johanna Adriana de Wit is op 23 oktober 1972 te Wieringermeer overleden (informatie is ontleend aan een bidprentje). 

Stel dat er na 1902 kinderen zijn geboren die ook een grootvader hebben die 116 jaar eerder is geboren, dan zou het zo maar kunnen, dat iemand die in 1915 of eerder is geboren een opa heeft die vóór 1800 is geboren. Het probleem is: vind maar eens zo'n persoon!

zaterdag 2 maart 2013

Bijzondere gezinnen (I)

De meeste gezinnen die u in een bevolkingsregister aantreft zijn standaardgezinnen, bestaande uit gezinshoofd, vrouw en kind(eren). Soms kom je echter bijzondere gezinnen tegen, zoals bijvoorbeeld in Chaam (Bevolkingsregister Chaam 1860-1899, inventarisnummer 7, scan 3), waar maar liefst vier generaties in een huis wonen :


Een van de achterkleinzonen van Catharina Kuijpers is Casparus Gerardus Maria Joannes Rikkers, zoon van Franciscus Rikkers en Theodora Norberta Johanna van Beckhoven. Moeder is een dochter van Johannes Baptist van Beckhoven en Anna Elisabeth Bekkers. Laatsgenoemde Anna Elisabeth is een dochter van Dirk Arnoldus Bekkers en Catharina Kuijpers.

In Diessen komen we ook een bijzonder gezin tegen (Bevolkingsregister Diessen 1910-1919, inventarisnummer 335, scan 7). Inwonend zijn vader en moeder van het gezinshoofd (er staat abusievelijk schoonvader en schoonmoeder) , een broer, een tante en een oom:


In Oosterhout komen we twee ongehuwde zussen tegen die met hun vijf ongehuwde broers samenwonen (Bevolkingsregister Oosterhout 1880-1890, inventarisnummer 864, scan 349):


Ook in Oosterhout komen we een gezin tegen met 11 kinderen, op zich niet heel erg bijzonder. Opmerkelijk is dat de 11 kinderen in 10 verschillende plaatsen zijn geboren (de jongste twee zijn in Oosterhout geboren)  (Bevolkingsregister Oosterhout 1900-1920, inventarisnummer 888, scan 757):



In Tilburg komen we een gezin tegen bestaande uit vader en moeder en 10 kinderen, waarbij bijzonder is dat de kinderen allen dochters zijn (Bevolkingsregister Tilburg 1921-1939, deel 65 scan 1600) (met dank aan vrijwilliger Jan van Boxtel):



En tenslotte in deze eerste aflevering in Raamsdonk het echtpaar de Wijs/van Delft. De vrouw heet Barbara van Delft en inwonend is een Barbara van Delft die niet verwant zou zijn. Dat zou wel heel erg toevallig zijn. Nader onderzoek heeft geleerd, dat Barbara junior een dochter is van Barbara senior en dus een stiefdochter van het gezinshoofd (Bevolkingsregister Raamsonk 1891-1927, inventarisnummer 31, scan 91):



(wordt vervolgd)

dinsdag 26 februari 2013

Wereld Bieren uit Raamsdonk

















U ziet hier een foto van bierbrouwerij De Wereld , die lag in het buurtschap Het Gat in Raamsdonk. Het Gat was aan einde van de Korte Broekstraat, vlakbij de beek De Donge. Voor het brouwen van bier was naast gerst, gist en hop veel water nodig. Omdat het riviertje De Donge veelal vervuild was door de vele leerlooierijen uit Dongen werd zuiver water uit de eigen waterput gebruikt. Na het stoken van het brouwsel rijpte het bier zo’n drie maanden In de kelders onder de brouwerij. De houten kuipen, die hiervoor werden gebruikt, werden zelf gemaakt.


De familie De Bont was eigenaar van bierbrouwerij De Wereld. Brouwersdochter Maria de Bont (1862-1943) huwde op 3 augustus 1886 met Arnoldus W. F. van Iersel, geboren te Waalwijk in 1862. Het echtpaar kreeg 14 kinderen, waarvan slechts 7 de volwassen leeftijd bereikten. Na de dood van Arnold van Iersel in november 1919 zette zijn vrouw Maria de Bont de zaak voort. De beoogd opvolger zoon Antonius A.J. van Iersel overlijdt reeds in 1920 door een motorongeluk. De brouwerij staat bekend als Wed. A. van Iersel. Als Maria de Bont in 1943 overlijdt, neemt Ad van Iersel de zaken waar. Daar hij tevens burgemeester is in Noordwijkerhout, leidt in de praktijk bedrijfsleider Piet de Visser de brouwerij.



De brouwerij bleef tot 1948 in bedrijf totdat de zaak werd overgenomen door Brouwerij Oranjeboom uit Rotterdam, nu InBev. Wat rest is een flink woonhuis met op de gevel de naam De Wereld.



Van nazaat P. J.van Iersel, zoon van de bekende keel-, neus- en oorarts P.J.M. van Iersel uit Tilburg ontving het Regionaal Archief Tilburg deze prachtige foto met het verhaal !


zaterdag 9 februari 2013

Valentijnsdag

De voornamen Valentijn en Valentina zijn tegenwoordig enorm populair, als we de databank van het Meertensinstituut mogen geloven. Deze voornamen komen we in de doopboeken en de burgerlijke standsregisters van 1811-1912 echter sporadisch tegen. Voor zover bekend zijn er in het werkgebied van RAT slechts 8 jongetjes met de eerste voornaam of volgnaam Valentijn geboren en 4 meisjes met de eerste voornaam of volgnaam Valentina. Hier volgen ze.
De oudste Valentijn is op 1 juli 1810 gedoopt te Oisterwijk (DTB 14 Oisterwijk scan 28):



Dan duurt het bijna 30 jaar tot er, toevallig weer in Oisterwijk, een Valentijn wordt geboren (4 februari 1840):


Eén jaar later volgt Hilvarenbeek (10 januari 1841):


Op 27 januari 1846 is Baarle-Nassau aan de beurt:


En dan volgt op 1 juni 1872 Tilburg:



Op 6 januari 1884 en 14 februari 1886 volgen te Made en Drimmelen twee gelijknamige broers:


Toevallig is de jongste op Valentijnsdag geboren!!

Op 30 september 1889 wordt er te Raamsdonk een jongetje geboren, met dezelfde voornamen Johan Coenraad Valentijn als zijn vader:


De oudst bekende Valentina is op 7 februari 1856 te Raamsdonk geboren:


Op 1 augustus 1868 volgt Valentina nummer 2 te Made en Drimmelen:


De laatste twee Valentina's, zusjes, zijn beiden te Loon op Zand geboren, respectievelijk op 22 april 1880 en 12 november 1891:

vrijdag 21 december 2012

Volkstellingen en bevolkingsregisters toegevoegd

 In de afgelopen weken zijn er een aantal bevolkingsregisters en volkstelling digitaal beschikbaar gekomen.
Via inzien van bronnen zijn ze in te zien.
De in deze registers voorkomende namen zijn nog niet opgenomen in de database maar er is makkelijk door de beelden te bladeren.
In iedere gemeente werd in een eigen systeem en met een eigen logica registers aangelegd en bijgehouden. Soms is het makkelijk te doorzien wat de gedachte achter de manier van registeren was maar soms is er naar hedendaagse begrippen zeer weinig lijn in te ontdekken. De toegevoegde gezinskaarten van Baarle-Nassau laten zich moeilijk raadplegen zonder nadere instructie die u hier vindt.
De volgende volkstellingen en bevolkingsregisters zijn toegevoegd:
's Gravenmoer volkstelling 1818, 1829, 1839, 1850 en het bevolkingsregister deel Straat 1911-1929
Baarle-Nassau gezinskaarten 1925-1939 zie toelichting
Chaam volkstelling 1819, 1821-1828, 1830 en 1839
Raamsdonk volkstelling 1810

Illustratie: Volkstelling te Bethlehem, Pieter Bruegel de Oude



vrijdag 7 september 2012

Van charters en bevolkingsregisters: bezoek uit Geertruidenberg

Donderdagochtend 6 september, de bonbons staan klaar, de beamer laat onze website zien. Op bezoek komen Ruud van den Belt, Marco Schneyderberg en William Verhagen, wethouder en medewerkers van de gemeente Geertruidenberg. Wethouder Van den Belt verwoordt de reden van dit bezoek mooi: "Je archief overbrengen is een hele stap. Jullie beheren nu al een hele tijd onze gemeentearchieven en we zijn benieuwd hoe jullie dat doen. We laten ons graag aangenaam verrassen!"



In 2004 sloot de gemeente Geertruidenberg een overeenkomst met Regionaal Archief Tilburg voor het beheer van de gemeentelijke collecties. Sindsdien is er hard gewerkt aan het toegankelijk maken van de vele bestanden, het koppelen en indexeren van de Bevolkingsregisters en gegevens van de Burgerlijke Stand. Luud de Brouwer, hoofd van het archief, laat zien hoe eenvoudig via de digitale weg akten van geboorte, huwelijk en sterfte zijn te vinden. Yvonne Welings, gemeentearchivaris, benadrukt dat de basistoegankelijkheid van alle archieven uit Geertruidenberg en Raamsdonk goed op orde is. Vrijwel alles is digitaal afzoekbaar.
Een klein hiaat is de fotocollectie. Slechts 448 foto´s zijn er te vinden van Geertruidenberg en 55 van Raamsdonk. (ter vergelijking: Oosterhout: 4435 foto´s, Oisterwijk: 6159 foto´s).

Met enige trots laat Luud de resultaten zien van de Charterbank Geertruidenberg. In 2010 en 2011 is door een groep vrijwilligers de verzameling charters getranscribeerd. Daarvoor zijn 182 charters gedigitaliseerd. Deze digitale bestanden zijn haarscherp. De vaak moeilijk leesbare teksten op deze oude, kwetsbare documenten op perkament zijn door de vrijwilligers omgezet naar leesbare tekst. Een secuur werk, met een mooi eindresultaat. Oude bronnen van Geertruidenberg en Raamsdonk zijn daarbij makkelijker te gebruiken voor historisch onderzoek.

 
Tijd voor een rondgang door het gebouw. In de studiezaal lag toevallig alles klaar voor een schoolgroep uit het voortgezet onderwijs. In onze educatieve programma´s worden de leerlingen aangespoord om zelf in de archiefbronnen te duiken. Op zoek naar iets over hun straat, huis, grootouders of school raken ze vaak enthousiast. Zo zien ze dat geschiedenis heel dichtbij is.

Gildeboek van de vissers

In het depot lagen een aantal bijzondere stukken klaar uit de collectie van Geertruidenberg. Bijzonder is het Gildeboek van de vissers van de eerste helft 17e eeuw tot 1797.
Twee charters trokken de aandacht, maar ook de jaarverslagen uit 1834 tot 1935. In vier handgeschreven pagina´s werd van één jaar verslag gedaan voor Geertruidenberg. Kort maar krachtig.


In een inventaris van het in het dorpshuis van Raamsdonk aanwezige meubilair werden naast tafels, stoelen en ladders ook een 'Eyseren Doofpot' gevonden. En twee raadselachtige zaken als 'tangen op de spreekkamer' (om monden te snoeren?) en een 'dorps cachet'. Wat dat laatste is, moeten we nog uitzoeken!






In 2013 viert Geertruidenberg 800 jaar stadsrechten. Er zijn al plannen voor samenwerking . Dit bezoek heeft het enthousiasme daarvoor van beiden kanten alleen maar aangewakkerd.